zondag 3 januari 2010

Exotisch


Vroeger tekende ik graag fantasielandkaarten. Landen met hoge bergen, slingerende rivieren, her en der een moerasje en mooie exotische namen. Ik was ook dol op boeken met verzonnen landen met hoge bergen en slingerende rivieren en exotische namen, en de landkaarten die daarbij hoorden. Vandaar dat mijn lievelingsboek De brief voor de koning was, waarin Tiuri vanuit het land van koning Dagonaut naar het Rijk van Unauwen moet, een weg die je op de kaart op de binnenkaft kunt volgen. Later staarde ik uren naar de kaart van In de ban van de ring.
Tonke Dragt en J.R.R. Tolkien zullen als kind ook vast graag fantasielandkaarten getekend hebben. Zonder me op hun hoogte te willen plaatsen, voor het kinderboek wat ik nu aan het schrijven ben heb ik ook een landkaart (inclusief hoge bergen en slingerende rivieren) getekend. Op die manier kun je je passie tenminste tot op hoge leeftijd blijven belijden.

Een andere mogenlijkheid is je verdiepen in bestaande landen met hoge bergen, slingerende rivieren en exotische namen. De meeste landen in de Kaukasus zijn daardoor bijzonder aantrekkelijk. Ook Corsica en Baskenland doen het goed.
Onlangs waren we dus een dag en in nacht in San Sebastian, ofwel Donostia, in Spaans Baskenland. Het Baskenland golft vanuit de Pyreneeën de Atlantische oceaan in, de Golf van Biskaje om precies te zijn (wat trouwens mooier klinkt dan Golfe de Gascogne zoals het in Frankrijk heet). Euskal Herria noemen ze zelf hun land, of Euzkadi – de laatste term heeft een meer politieke lading.
Het Baskisch (euskara) is bovendien een zeer exotische taal. Ik kan er - en velen met mij, vermoed ik - werkelijk geen touw aan vastknopen. Ik spreek nauwelijks Spaans, maar als ik zie staan ‘area de servicio’ begrijp ik wel wat ze bedoelen. Bij ‘zerbitzugunea’ heb ik dat niet. Een hoop woorden hebben een x, ook mooi, al blijft het baskisch voor bank (kutxa) toch een beetje vreemd. En al die mooie voornamen! Uztartitz. Gaxuxa. Iraitz. (Ik heb een kalender met Baskische namen dus ik kan tot de 365 gaan, maar dan wordt het misschien wat saai).
Sommige zeggen dat het Baskisch ver weg verwant is aan het Georgisch, al schijnen de bewijzen daarvoor flinterdun te zijn. Wel kunnen de Basken net als de Georgiers zomaar in vijfstemmig gezang uitbarsten en maken beide volken heerlijke wijn, maar in dat laatste staan ze natuurlijk niet alleen.
In ieder geval was de sprankelende witte txakoli heerlijk op oudejaarsavond.

op de foto: de baai van San Sebastian op 1 januari 2010. Inclusief zwemmers.